Asperges met wittewijnsaus en Parmezaanse kaas

Het aspergeseizoen schiet alweer behoorlijk op (ze zijn er nog tot 24 juni). Ik moet altijd oppassen dat ik ze niet té vaak eet (op een gegeven moment ben ik er namelijk wel helemaal klaar mee), maar door wat variatie aan te brengen is dat risico minder groot. Zo at ik dit seizoen al asperges in een hartige taart met pesto, op de klassieke wijze en afgelopen weekend in een wittewijnsaus met gegratineerde Parmezaanse kaas.

Alle credits voor dit recept zijn voor Ozana (van Urban Chef Arnhem), die dit maakte voor de meest recente #ADPTU (American Dinner Party Tweet Up) - een stelletje gezellige dames uit Arnhem en omstreken (we kennen elkaar via Twitter, vandaar het Twitter-lingo), die allemaal een gerechtje maken voor een leuke avond. We doen niet aan gastronomisch gefröbel, we eten gewoon lekker en kletsen die hele avond door. Altijd feest!

Ik heb geprobeerd om er een "echt" recept van te maken, compleet met grammen en milliliters, maar werkelijk: gooi er vooral net zoveel peterselie en kaas in als je lekker lijkt.

Voor 2 personen:
500 gr witte asperges, geschild
25 gr roomboter
25 gr bloem
150 ml droge witte wijn
125 ml creme fraiche
handjevol peterselie, fijngehakt
handjevol geraspte Parmezaanse kaas
(zee)zout en versgemalen zwarte peper

Breng de asperges in een grote pan gezouten water aan de kook. Laat ze een minuutje koken, zet dan het vuur uit en laat de asperges in het hete water staan tot ze afgekoeld zijn.
Verwarm de oven voor op 225 graden Celcius.
Begin de saus door het maken van een roux: smelt de boter in een pannetje en roer met een garde de bloem erdoor (het wordt een droge massa). Laat even doorkoken en giet dan langzaam de witte wijn erbij. Roer goed door, tot alle klontjes weg zijn. Doe de creme fraiche erbij en op het laatst de fijngehakte peterselie. Breng op smaak met zout en peper.
Dep de asperges droog en leg ze in een ovenschaal. Giet de saus eroverheen en bestrooi rijkelijk met de Parmezaanse kaas. Zet de asperges zo'n kwartier in de oven, tot de kaas goed gegratineerd is.
Tip van Riejanne: drink er vooral diezelfde droge witte wijn bij! Yum!

Tomaten-pesto tatin

Ik had dit recept willen bewaren tot m'n tomatenoogst een beetje op gang zou zijn gekomen, maar m'n zelfbeheersing schoot weer eens tekort. Met de plantjes gaat het goed, maar de vruchten laten nog wel even op zich wachten (voorlopig ben ik al blij met vrolijke gele bloemetjes).

Gelukkig heb ik nog allerlei smakelijke variaties op het tomaten tatin-thema gezien in een leuk boekje genaamd "Tarte tatin" van Jasmin Schults (verkrijgbaar in de winkel), maar het recept voor deze tomaten-pesto tatin haalde ik van het foodblog Cooksister. Dit tatin-verhaal gaat zeker een staartje krijgen, want het is een buitengewoon smakelijke en makkelijke manier om tomaten te verwerken, zeker wanneer je gebruik maakt van kant-en-klaar-bladerdeeg-uit-de-diepvries. Voor dit fijne produkt geldt absoluut dat het leven te kort is om het zelf te gaan maken!

Voor 1 taartje, 2 personen:

5 middelgrote rijpe tomaten, in dikke plakken
1 eetlepel aceto balsamico
½ eetlepel bruine basterdsuiker
20 gr boter
½ eetlepel verse tijmblaadjes
1-2 eetlepels basilicumpesto
(zee)zout en versgemalen zwarte peper
5 plakjes bladerdeeg, ontdooid

Het is het mooiste als je dit taartje kunt maken in een gietijzeren pannetje dat je ook in de oven kunt zetten. Helaas, zo'n pannetje heb ik niet. Ik maakte deze tomaten-tatin in een normale koekenpan (die niet in mijn mini-oventje past) en deed de tomaten toen over in een ovenschaal (bekleed met bakpapier). Niet authentiek, maar het werkt ook.

Smelt de boter en doe de balsamico-azijn en de basterdsuiker erbij. Vermeng even goed en doe dan de tomaten in de pan. Laat de tomaten op een zacht vuurtje zo'n 10-15 minuten karameliseren (pas op dat ze niet verbranden!). Voeg dan de tijmblaadjes, zout en peper toe en haal de pan van het vuur. [Doe eventueel op dit moment de inhoud over in een ovenschaal]

Verwarm de oven voor op 200 graden Celcius.
Leg de plakjes bladerdeeg op elkaar en rol ze met een deegroller uit tot een ronde lap - net iets groter dan de diameter van de pan/ovenschaal. Besmeer de deeglap met de pesto en leg het bladerdeeg (met de pestolaag onder) op de tomaten. Bedek de tomaten volledig en "prop" de randen naar binnen (rondom de tomaten). Zet de tomaten-pesto tatin 20 minuten in de oven - tot het bladerdeeg flink is opgezwollen en goudbruin is.
Haal de tatin uit de oven en stort hem ondersteboven op een bord. Briljant lekker.

New York cheesecake

Het stond al lang op m'n lijstje, maar het kwam er steeds niet van: een New York cheesecake maken. Niet zo'n Hollandse kwarktaart, maar een Amerikaanse cheesecake - zo'n ééntje die je eerst moet bakken en dan in de koelkast laat opstijven. Het punt is: je moet er even de tijd voor nemen. Niet omdat het veel werk is (helemaal niet!), maar er zit zo'n 15 uur (!) tussen start en finish...

Enige zelfbeheersing is dus noodzakelijk, maar het wachten bleek de moeite absoluut waard. Deze taart is namelijk niet erg zoet, eerder tja... roomkazerig met een vleugje vanille en citroen. Behoorlijk machtig, dat wel - zelfs ík neem er maar een klein stukje van...

Het recept komt uit "Cheesecake" van Keda Black (Uitgeverij Becht, verkrijgbaar in de winkel).

Voor 6-8 personen (ik maakte de helft, een mini-cheesecakeje):

100 gr zandkoekjes
40 gr gesmolten boter
750 gr roomkaas (Mon Chou of Philadelphia naturel)
150 gr suiker
2 afgestreken eetlepels bloem
rasp van ½ citroen (eventueel iets meer)
1 theelepel vanille-extract
3 eieren en 2 eidooiers
125 gr creme fraiche

Gebruik bij voorkeur een springvorm met een doorsnede van 20 cm.Vet de vorm goed en bekleed de bodem en de rand met bakpapier (enkele centimeters uitstekend). Verwarm de oven voor op 180 graden Celcius.
Doe de koekjes in een keukenmachine en maal ze fijn. Doe de gesmolten boter erbij en bedek de bodem van de vorm hiermee. Druk goed aan en zet 10-15 minuten in de oven.

Verhoog de oventemperatuur tot 200 graden Celcius.
Gebruik opnieuw de keukenmachine om de roomkaas mooi glad te mixen (ongeveer 30 seconden). Voeg daarna de suiker, de bloem, de citroenrasp, het vanille-extract en de eieren en eidooiers toe. Eindig met de creme fraiche en vermeng dit kort.
Schenk dit mengsel op de bodem en zet de taart in de oven. Verlaag na 15 minuten de temperatuur tot 100 graden Celcius en bak de cheesecake dan nog 60 minuten. Zet de oven uit en de deur op een kiertje, maar laat de vorm nog een uur in de oven staan. Haal dan de taart uit de oven, laat volledig afkoelen en zet hem in de koelkast. Wacht minimaal 12 uur, maar 24 uur is eigenlijk beter. Smakelijk!

Couscoussalade met geroosterde tomaten en munt

Weten jullie nog dat ik vorige week vertelde over de zelf-geroosterde tomaten? Die moesten natuurlijk wel een bestemming krijgen en die kregen ze in deze couscoussalade. Doe zeker niet zuinig met de tomaten in deze salade, want niet alleen stelen ze de show - ze zijn vooral ook de grote smaakmaker.

Daarnaast zorgt de geitenkaas voor lekker hartig accent en is de munt (uit eigen tuin, dat groeit als een dolle) heerlijk fris!
Oh, mocht je nou niet die zelf-geroosterde tomaatjes in de koelkast hebben staan, dan kun je natuurlijk ook gewoon gedroogde tomaten in olie uit een potje gebruiken. Niks mis mee!
Ik at het als vegetarische koopavondsalade, maar eigenlijk is het gewoon een bijgerecht.

Ook dit recept komt uit "De smaak van mijn herinnering" van Tessa Kiros (Uitgeverij Terra Lannoo).

Voor 6 personen:

350 gr couscous
200 gr geroosterde tomaten + circa 5 eetlepels olie
1 kleine komkommer, niet geschild, zaadlijsten verwijderd, in kleine blokjes
3 lente-uitjes, fijngesneden
25 gr gehakte muntblaadjes
sap van 1 citroen
120 gr geitenkaas (hard of zacht, wat jij lekker vindt), verkruimeld
(zee)zout en versgemalen zwarte peper

Doe de couscous in een grote kom en voeg royaal zout en peper toe. Giet er een scheut olie van de tomaten bij en 500 ml water dat net gekookt heeft. Roer goed door elkaar en laat het geheel afkoelen. Roer er af en toe even met een vork doorheen.
Doe de komkommer, de lente-uitjes, de munt en het citroensap bij de couscous. Voeg de tomaten en de rest van de olie toe (gebruik eventueel meer olie als je dit nodig vindt - als je geen olie van de tomaten meer hebt, kun je ook gewoon olijfolie gebruiken) en roer goed door elkaar. Schep als laatste de geitenkaas er voorzichtig doorheen.

Oosterse entrecote met sajoer-boontjes

Afgelopen week kookte ik een beetje met mezelf en een beetje met Unilever. Of AH Huismerk, maar dat komt wellicht ook uit de Unilever-fabriek. Bij gebrek aan enthousiasme om zelf een boemboe in elkaar te timmeren, gebruikte ik namelijk een kant-en-klaar bakje boemboe voor sajoer-boontjes. En weet je wat: dat smaakte me prima! Ik zie geen enkele reden om dit niet nog een keer te doen, hoewel de kokosboontjes a la Ramon Beuk ook lokken.
De laatste tijd eet ik steeds vaker vleesloos, maar de gegrilde entrecote die ik bij de boontjes at smaakte me meer dan voortreffelijk. Entrecote is niet goedkoop, zeker niet als je biologische koopt, maar het is wel enorm lekker. Kortom: onderstaand gerecht is misschien niet heel erg fantasievol, maar ik heb er van gesmuld!

Voor het gegrilde rundvlees volgde ik de aanwijzingen van Bill Granger uit "Wat gaan we eten?" (Uitgeverij Fontaine).

Voor 3-4 personen:
500 gr entrecote (= 2 stuks)
2 eetlepels oestersaus
2 eetlepels sojasaus
2 eetlepels plantaardige olie
500 gr sperziebonen
1 bakje boemboe voor sajoer-boontjes
400 gr (zilvervlies)rijst
3 eetlepels gebakken uitjes (Conimex)

Kook de rijst volgens de aanwijzingen op de verpakking en houd warm tot gebruik.

Boontjes:
Snijd de topjes van de bonen en kook ze circa 5 minuten in licht gezouten water (tenzij je van buitengewoon knapperige - lees: vrijwel rauwe - boontjes houdt, dan kun je dit voorkoken achterwege laten). Doe een eetlepel olie in een wok en roerbak de boontjes 2 minuten. Voeg dan 200 ml water en de inhoud van het bakje boemboe toe en breng het geheel aan de kook. Laat een paar minuten koken en serveer dan de boontjes samen met de rijst.

Entrecote:
Roer een papje van de oestersaus, de sojasaus en 1 eetlepel olie. Smeer het vlees (dat op kamertemperatuur moet zijn) hier rijkelijk mee in. Verwarm een grillplaat op halfhoog-hoog vuur en rooster de entrecote 3 minuten aan de ene kant en 2 minuten aan de andere. Leg het vlees op een bord, dek af met aluminiumfolie en laat het 10 minuten rusten. Snijd het vlees in dunne plakjes en eet het samen met de rijst en de sajoer-boontjes. Bestrooi met de gebakken uitjes (vind ik zóóó lekker, eet ik het liefst overal bij!).

Bananen-dadelbrood

Dit berichtje bevat geen uitroeptekens. Ik doe altijd m'n best om dingen van de positieve kant te bekijken, maar er zijn momenten dat dat even niet gaat.
Afgelopen weekend werd ik met een onverwacht verlies geconstateerd. Weliswaar ging het niet om iemand die ik vaak zag of sprak, maar de schok om zijn plotselinge dood was er niet minder om. In mijn omgeving schijnen mensen nogal vaak zonder vooraankondiging weg te vallen: ogenschijnlijk gezonde, veel te jonge mensen die ineens omkiepen.

Het is een cliché, maar het is zo waar: geniet van elke seconde, je weet immers niet hoe lang je nog hebt.

Het halfslachtige dieet is even in de ijskast gezet. Hier helpt alleen comfort food: Bananen-dadelbrood.

Voor 1 brood- / cakevorm (inhoud 450 ml):
100 gr zachte roomboter, plus extra voor invetten
125 gr fijne kristalsuiker
175 gr bloem
25 gr volkorenmeel
½ theelepel zout
2 theelepels bakpoeder
¼ theelepel baksoda
2 rijpe bananen
50 ml yoghurt
2 grote eieren, losgeklopt
75 gr dadel (vers of gedroogd), in stukjes gehakt

Verwarm de oven voor op 175 graden Celcius.
Vet een cake- of broodblik in met boter en strooi er bloem in. Schud de overtollige bloem er weer uit (je kunt overigens ook het blik bekleden met bakpapier).

Klop de boter en de eieren romig met een handmixer of in een keukenmachine. Roer de eieren door het suikermengsel. Prak de bananen fijn en voeg deze, samen met de yoghurt, eveneens toe.
Vermeng in een andere kom de bloem, het meel, het zout, het bakpoeder en het baksoda. Schep deze droge ingredienten goed door het suiker-banaanmengsel. Doe uiteindelijk de stukjes dadel erbij en schep nogmaals luchtig om.
Doe het mengsel in de vorm en bak het brood 40 minuten in de oven. Doe dan de satéprikkertest: een prikker die je in de cake steekt, moet er schoon en droog uitkomen. Laat de cake / het brood 10 minuten afkoelen in de vorm en stort hem dan op een rooster.

Geroosterde tomaten

Ik ben in blijde verwachting. Heel blijde verwachting, van de opbrengst van mijn tomatenplantjes. Ik vertroetel mijn exemplaren, die - als het goed gaat - mij een overvloedige oogst aan gewone tomaten en trostomaatjes gaan opleveren. Helaas duurt het nog wel even...
Om alvast een beetje te oefenen, besloot ik afgelopen weekend gedroogde tomaatjes te maken. Uiteindelijk is er een limiet aan de hoeveelheid tomatensaus die straks in mijn vriezer kan, dus er moeten ook andere manieren onderzocht worden om de aanstaande tomatenoogst in goede banen te leiden (zul je zien dat het allemaal hopeloos mislukt...).

Ik haalde het recept uit "De smaak van mijn herinnering" van Tessa Kiros (Uitgeverij Terra Lannoo). Mevrouw Kiros schrijft dat de tomaten gehalveerd moeten worden, maar - eigenwijs als ik ben - ik sneed ze in kleinere stukken. Dat had ik beter niet kunnen doen, want uiteindelijk bleken mijn exemplaren iets té ver ingedroogd. De volgende keer ga ik me dus maar eens braaf aan de instructies houden. Aan de smaak van de tomaten mankeerde echter helemaal niets!

Voor ongeveer 320 gram:
1,5 kg rijpe tomaten
125 ml olijfolie
2 teentjes knoflook, gekneusd
(zee)zout en versgemalen zwarte peper

Verwarm de oven voor op 200 graden Celcius en bekleed een bakplaat met aluminiumfolie. Bestrijk de folie met olijfolie, om plakken te voorkomen.
Snijd de tomaten in 2 helften (of maximaal in 4 stukken) en leg ze met de snijkant naar boven op de bakplaat, dicht tegen elkaar aan. Bestrooi ze met zout en peper en zet de plaat 15 minuten in de oven (of tot de tomaten lichtjes beginnen te pruttelen). Verlaag dan de oventemperatuur tot 150 graden Celcius en laat de tomaten nog 90 minuten in de oven. De tomaten zijn dan licht ingedroogd, maar niet zo verschrompeld als je ze in de winkel vindt.

Laat de tomaten afkoelen en doe ze dan in een bak of pot. Geef een flinke klap op de knoflookteentjes en doe deze bij de tomaten, samen met voldoende olijfolie (de tomaten moeten nét onderstaan). Je kunt in deze fase ook bv. rozemarijn of tijm toevoegen (basilicum of peterselie kun je beter pas bij gebruik toevoegen). De tomaten zijn ongeveer een week houdbaar in de koelkast - en als de tomaten op zijn, kun je de geweldig geparfumeerde olijfolie nog gebruiken.

Ik gebruikte een deel van de tomaatjes direct voor een simpel pastagerecht: een restje strikjespasta, een restje oreganopesto en wat tomaatjes met aanhangende olie. Hier bleek maar weer eens: de eenvoudigste gerechten zijn vaak de beste!

Farfalle al salmone

Voor het geplande etentje met vrienden E. en J. had ik besloten dat er strikjespasta met zalm (klinkt veel beter in het Italiaans, zie de titel van dit berichtje) gemaakt ging worden. Dat was wel zo fijn passend in het Italiaanse thema van de avond, met bruschetta vooraf en panna cotta als toet. En toch...
Een dag vantevoren sloeg de twijfel toe. Ja, jeetje... pasta, zalm, room... zou dat niet een beetje een flauwe hap opleveren? Helaas was er geen tijd meer om de plannen te wijzigen, dus...

Op hoop van zegen werd de zalm iets scherper aangebakken (niet zwart natuurlijk, maar wel met een mooi korstje). Daarbij kwam een behoorlijke snuf nootmuskaat, veel peper en (voor mijn doen) een stevige hoeveelheid zout. Plus de volledige peterselie-plant (die groeit wel weer aan) en het sap van een halve citroen (dat niet in het originele recept staat). Room erbij, even flink inkoken en jawel... niks
flauwe hap, lekker!

Het recept komt uit "Isabella's pastabijbel" van Isabella Cozzi (Borgerhoff & Lamberigts).

Voor 4 personen:

500 gr farfalle (strikjespasta)
1 eetlepel olijfolie
3 sjalotjes, fijngesneden
400-500 gr zalmfilet
300 ml slag- of kookroom
snuf nootmuskaat
sap van ½ citroen
1 flinke handvol peterselie, grof gesneden
(zee)zout en versgemalen zwarte peper

Kook de pasta volgens de aanwijzingen op de verpakking in een grote pan gezouten water. Giet het water af en houd de pasta warm tot gebruik.
Doe de olie in een grote koekenpan en fruit hierin de sjalotjes op halfhoog vuur tot ze glazig zijn. Zet het vuur iets hoger, voeg de zalmfilets toe en bak deze een paar minuten aan beide zijden. Als de zalm gaar is, kun je met een vork de vis in kleinere vlokken verdelen.
Giet de room erbij en voeg tevens een flinke snuf nootmuskaat, het citroensap, het zout en de peper toe. Laat de room even stevig inkoken. Doe de pasta en de peterselie erbij en serveer direct.

Panna cotta met passievrucht

Omdat E. & J. deze week kwamen eten, had ik een fijn excuus om eens lekker uit te pakken met een toetje. In zijn algemeenheid zijn deze namelijk verboden in huize Cook & Book en zeker op dit moment, aangezien ik een halfslachtige poging doe wat kilo's kwijt te raken.
In navolging van Nigella Lawson huldig ik het principe "Als je gaat zondigen, doe het dan goed - en geniet ervan!". Dus geen commentaar en gewoon aan de slag met slagroom en suiker!
(En je kunt jezelf natuurlijk altijd wijsmaken dat de passievruchten boordevol vitaminen zitten en het toetje dus eigenlijk heel gezond is...)

Het recept komt uit "Kookschool / De desserts" van Marianne Magnier-Moreno (Uitgeverij Inmerc).

Voor 4 personen:

400 ml slagroom
60 gr suiker
1 vanillestokje
3 blaadjes gelatines (totaal 4 gr) (*)
4 passievruchten

(*)  Over de gelatine: kijk even goed op de verpakking welk gewicht een blaadje heeft, dit verschilt namelijk per merk. In mijn geval moest ik 3½ blaadjes gebruiken om 4 gram te bereiken, maar dit waren kleine bladen. Eerst dus even controleren!

Week de gelatine in een grote kom koud water. Splijt het vanillestokje en schraap de zaadjes eruit.
Doe de slagroom in een pannetje samen met de vanillezaadjes en het vanillestokje. Verhit dit voorzichtig, ongeveer 5 minuten, op niet al te hoog vuur.
Wacht tot er damp van de room komt en voeg dan de suiker toe. Roer goed tot de suiker opgelost is en zet dan het vuur hoger. Als de room tegen de kook aan komt (dus niet laten koken!), kan de pan van het vuur genomen worden. Laat 1 minuut afkoelen en verwijder het vanillestokje.

Knijp de gelatine goed uit en voeg dit toe aan het roommengsel. Vermeng grondig en laat het mengsel dan 5 minuten afkoelen (roer af en toe even door om velvorming te voorkomen). Schep dan (met een juslepel, da's het meest handig) de creme in 4 glaasjes / potjes / ramequins (wat jij leuk vindt) en laat ze tot kamertemperatuur afkoelen. Dek dan af met wat huishoudfolie en zet de panna cotta minimaal 2 uur in de koelkast.
Om te controleren of de creme voldoende opgesteven is, kun je simpelweg even met het potje schudden: de panna cotta mag niet trillen of wiebelen. Als dat niet het geval is, kun je ze serveren in de glaasjes / mini-Creusetjes / ramequins of je kunt ze storten op een bordje (zet ze dan heel even in gloeiend heet water, zodat de zijkanten los laten). Snijd de passievruchten doormidden en lepel ze uit. Bedek de bovenkant van de panna cotta met een laagje passievrucht. Heerlijk en simpel, wat wil je nog meer...

Simpele penne met chorizo

Vorige week kwam het nieuwe boek van James Tanner binnen, genaamd "Neem 5 ingredienten" (Kosmos Uitgevers). In een moment van onoplettendheid (fijne term voor complete sufheid) presteerde ik het om een kop koffie (Peeze-koffie, uiteraard) over dit gloednieuwe exemplaar te gooien.

Als gevolg hiervan belandde "Neem 5 ingredienten" bij mij thuis en kreeg het beduidend meer aandacht dan ik er anders waarschijnlijk aan geschonken had. En krijg nou wat: wat een leuk boek! James Tanner heeft 95 recepten aangeleverd waarvoor je slechts 5 ingredienten nodig hebt (+ zout, peper en olie) en ze zien er stuk voor stuk allemaal heerlijk uit!
Afgelopen weekend kwam het recept voor een pasta met chorizo meteen van pas, want ik had weinig tijd en weinig spullen in de koelkast, maar de ingredienten voor deze pasta waren wel voorhanden. Ik vond het reuzelekker en ik denk dat dit niet het enige is dat ik uit "Neem 5 ingredienten" ga maken!

Voor 4 personen:

350 gr gedroogde penne
250 gr chorizoworst, in dunne (halve) plakjes (max. 0,5 cm dikte)
1 eetlepel olijfolie
2 sjalotjes, fijngesnipperd
2 eetlepels balsamico-azijn (of sherry-azijn)
125 ml slag- of kookroom
(zee)zout en versgemalen zwarte peper

Kook de pasta in een grote pan gezouten water, conform de aanwijzingen op de verpakking.
Verhit de olie in een grote koekenpan en fruit hierin de sjalotjes een paar minuten. Voeg de chorizo toe en bak deze 3-4 minuten mee, zodat de vetten goed loskomen. Doe dan de azijn erbij en laat dit een minuutje inkoken. Voeg als laatste de room toe, breng het geheel aan de kook en laat de room even flink inkoken.
Doe dan de penne erbij, roer goed door en voeg nog zout en versgemalen zwarte peper toe.

Koriander-kokosrijstsalade met garnalen

Ik had het er deze week nog over: koriander, you hate or you love it. Een tussenweg schijnt er niet echt te bestaan. Er zijn mensen voor wie het meest voortreffelijke gerecht verpest kan worden door de aanwezigheid van een heel klein beetje koriander. Anderen grijpen elke gelegenheid aan om koriander in een gerecht te verwerken.
Voor de koriander-haters: sla deze post maar over. Voor de liefhebbers: lees vooral door en ga dan zelf aan de slag. Want dit is enorm lekker!

Het recept komt uit de delicious. van mei 2011, maar is door mij wel een beetje aangepast. Ik ben namelijk geen groot liefhebber van geroosterde pinda's in mijn salades, zoals delicious. voorstelt, en ik heb ze er dus uitgelaten. Verder maakt het originele recept melding van de aanwezigheid van 1 kg gekookte garnalen (incl. staartjes, maar wel gepeld). Dat leek mij een beetje veel, dus ik gebruikte 250 gr gepelde jumbogarnalen (zonder staartjes) en vond die hoeveelheid eigenlijk wel prima.

Hoofd-of lunchgerecht voor 4 personen:
330 gr jasmijn- of basmatirijst
geraspte schil van 1 limoen
60 ml limoensap (= ongeveer 1½ limoen)
1 eetlepel bruine basterdsuiker
125 ml kokosroom
1 bosje koriander, alleen de blaadjes
1 rode peper, zaadjes verwijderd
250 gr jumbogarnalen
2 eetlepels arachide- of lijnzaadolie
1 komkommer, zaadlijsten verwijderd, in stukjes
3 bosuitjes, in dunne ringetjes

Kook de rijst volgens de aanwijzingen op de verpakking en laat goed afkoelen.
Gebruik een kleine keukenmachine of blender en hak hierin kort de rode peper fijn (of doe dit met de hand). Haal de rode peper uit de kom en doe de limoenrasp, het limoensap, de suiker, de kokosroom en de koriander erin (houd eventueel een paar blaadjes achter voor decoratie). Pureer alles tot een gladde dressing. Doe de rode peper er weer bij en breng op smaak met zout en peper (rustig aan doen, de dressing heeft niet veel nodig).
Schep de koude rijst in een grote schaal, samen met de garnalen, de dressing, de olie, de komkommerstukjes en de bosui. Meng alles goed door elkaar.
Serveer de salade in kommetjes en decoreer met wat achtergehouden blaadjes koriander en eventueel limoenpartjes.

Cupcakes met creamcheese-frosting

Ik kan niet zeggen dat de cupcake-waanzin aan me voorbij gegaan is (Natuurlijk niet! De winkel staat vol met taart- en cupcake-decoratieboeken!), maar het is geen hype waar ik persoonlijk door aangestoken werd. Ik ben niet zo creatief en gefröbel op de vierkante centimeter of boetseren met fondant zijn geen sterke punten. Er waren diverse workshops op dit gebied in de winkel en ik was gefascineerd door de geweldige resultaten die daar in een paar uur werden gerealiseerd, maar het vormde nooit aanleiding om ook zelf eens aan de slag te gaan.

Toch kom ik nu met een versierd-cupcake-receptje. Er komt weliswaar geen fondant bij kijken, maar er is toch iets meer aandacht aan de buitenkant besteed dan trouwe lezers van mij gewend zijn. Waarom ging ik toch (een beetje) overstag? Omdat een feestelijke aanleiding erom vroeg en om de eveneens-niet-zo-handige-medemens te laten zien dat zelfs een oncreatieve kneus met 2 linker-knutselhanden best een vrolijk cakeje kan produceren!

Het recept voor de cupcake haalde ik uit "Sugar sweet secrets" van Nanette Booij (Uitgeverij Scriptum) en Donna Hay (daar is ze weer) leverde in "Modern classics 2" de aanwijzingen voor de frosting. De hagelslag bemachtigde ik tijdens de Paasdagen bij Albert Heijn.

Voor 12 cupcakes (ik maakte de helft):

200 gr roomboter, gesmolten, iets afgekoeld
150 gr zelfrijzend bakmeel, gezeefd
50 gr maizena, gezeefd
4 eieren
150 gr fijne kristalsuiker
snufje zout
sap van ½ citroen
zakje vanillesuiker

Verwarm de oven voor op 175 graden Celcius.
Neem een kom en vermeng hierin het zelfrijzend bakmeel en de maizena. Vermeng in een andere kom de eieren, de kristalsuiker, het zout, het citroensap en de vanillesuiker. Voeg dan het bakmeel bij de eieren en vermeng goed. Voeg uiteindelijk de gesmolten boter toe en vermeng nog even kort. Doe het beslag in cupcakevormpjes en bak circa 20 minuten in de oven (test even met een satéprikker of de cakejes droog zijn - steek de prikker erin, als hij er droog en schoon uitkomt, zijn de cakejes klaar). Laat de cupcakes afkoelen op een rooster.

Creamcheese-frosting:
250 gr roomkaas (bv. Philadelphia naturel of Mon Chou)
1½ eetlepel citroensap, gezeefd
6 eetlepels poedersuiker, gezeefd

Gebruik hiervoor de keukenmachine. Doe de roomkaas en het citroensap in de kom en vermeng dit goed. Voeg dan de poedersuiker toe en laat door de machine goed mengen.

En dan:
Bestrijk de afgekoelde cupcakes met een vrij genereuze laag frosting. Strooi er leuk gekleurde hagelslag overheen en presenteer met veel flair aan je gasten.

Muntlassi

Toen het vorige week zulk mooi weer was (hallo, waar zijn de zomerse temperaturen gebleven?) zag ik een mooie aanleiding om een receptje te maken dat al een tijdje klaarlag. Er stond namelijk in de Allerhande uit september 2010 een stukje over een muntlassi, want ik erg interessant vond, maar ook buitengewoon onhandig getimed. Zet zo'n zomers drankje lekker in de mei-editie! Dat deed AH niet en daarom lag het tijdschrift te wachten tot een geschikt moment.
Dat was dus vorige week. Hoewel, geschikt. De lassi is een mix van volle yoghurt, volle melk en ijsblokjes (en munt). Punt was: ik had geen melk meer, er waren ook geen ijsblokjes en de yoghurt was mager. Ik besloot dat dit allemaal details waren en maakte het toch. Bedenk dan dit: als de muntlassi met al deze tekortkomingen al zo superlekker en verfrissend smaakte, stel je dan eens voor dat je 'm echt volgens de instructies maakt...!

Voor 4 personen:

300 ml volle yoghurt
300 ml volle melk
6 ijsblokjes
6 eetlepels gembersiroop
12 blaadjes munt
mespunt zout

Bij mooi weer willen we geen ingewikkeld gedoe: doe alle ingredienten in een blender en laat deze flink lang (circa 1 minuut) draaien. Serveer direct!

Zoet-zuur van komkommer

Vorige week realiseerde me dat ik hier nooit het recept had opgenomen van zoet-zure komkommer. Terwijl dat een bijgerecht is dat ik vaak maak en in de zomermaanden eigenlijk standaard in mijn koelkast heb staan. Hoog tijd om deze ernstige vergissing recht te trekken!
Het recept komt uit "Kook ook" - dat wil zeggen: uit mijn oude (tweede) druk van dit basiskookboek. In de huidige (achtste) druk komt het niet meer voor. Blijkbaar is het niet meer van deze tijd, al vind ik dat onbegrijpelijk. Hoe dan ook, hip of niet, dit is een fantastisch bijgerecht!

Voor een pot van ongeveer 1 liter:

2 komkommers
1 rode Spaanse peper
1 theelepel gemalen koriander (ketoembar)
1 theelepel gemalen komijn (djinten)
1 theelepel knoflookpoeder
½ theelepel gemberpoeder (djahé)
½ theelepel gemalen geelwortel (kurkuma)
mespunt zout
9 eetlepels suiker
2 dl (witte) azijn

Maak een pot en het (schroef)deksel goed schoon.

Schil de komkommers, snijd ze in de lengte doormidden en verwijder de zaadlijsten. Snijd de komkommers in 4 stukken en daarna in reepjes van ongeveer 5 cm lengte. Snijd de rode peper in heel dunne ringetjes.

Leg de komkommerreepjes in een kleine pan. Voeg de rode peper, de specerijen, het zout, de suiker en de azijn toe en giet er zoveel water bij dat de komkommer net onderstaat.
Breng het vocht op een hoog vuur aan de kook, leg het deksel op de pan en kook de komkommer in 5 minuten gaar.
Laat de komkommer in de pan afkoelen en schep dan de komkommer en het vocht in de pot en doe het deksel erop. Zet de pot in de koelkast en laat dit minimaal een dag intrekken. Het zoetzuur blijft ongeveer 6 weken goed.